Ongeveer 3 maanden geleden schreef ik in deze blog over mijn
eerste stappen op de Nisa Thai Language School. En inmiddels ben ik alweer aan het
eind van mijn cursus. Vanmiddag heb ik met een gezellige lunch afscheid genomen
van de docenten en van mijn medescholieren. Met enige weemoed - dat wel - want
het was een klein beetje familie geworden hier. Maar ik kom in het najaar
terug, want de taal is te moeilijk om in één cursus van 10 weken onder de knie
te krijgen. Met nieuwe medescholieren uiteraard, maar dezelfde gedreven en
gepassioneerde docenten. Tijd om een beetje terug te kijken op het leren van
Thai aan een van de beste scholen in Bangkok.
Waar ik in het begin nog dacht “dat Thai leer ik wel even,
ik loop hier tenslotte al meer dan twintig jaar rond”, werd ik geleidelijk wel
uit de droom geholpen. Thai is een moeilijke taal, vooral omdat de structuur zo
anders is dan die van onze westerse talen. Toen ik ook nog begon met lees- en
schrijflessen, bekroop me af en toe de gedachte “waar ben ik aan begonnen”. En
ook “welke idioot heeft dit schrift eigenlijk uitgevonden – is ons ABC soms
niet goed genoeg”. Het zijn de fases die er natuurlijk bij horen, en de
docenten zijn het wel gewend. Ze loodsen je er vastberaden en met humor
doorheen, en plotseling komt het moment dat er structuur in de taal komt, dat
je woorden gaat herkennen en langzaam maar zeker een eenvoudige tekst kunt
lezen. En bij de afscheidslunch kon ik in ieder geval mijn eerste speech in het Thai houden: dat werd met applaus begroet!
Omdat er weinig studenten zijn die op deze school een
volledige opleiding volgen, ontstond er vanzelf een klein groepje
gelijkgestemden met hetzelfde dagritme: buiten mijzelf 3 Japanners (van wie één
op hetzelfde niveau als ik) en een Taiwanees. Jonge mensen, die hier door hun
werkgever heen zijn gestuurd, en die een cursus doen van een vol jaar. Ik was
de enige in ons groepje boven de 30 (!). Daaromheen wat mensen die minder
frequent lessen volgen, minder uren per dag, of af en toe een opfris-cursusje.
Ons groepje had een volledige ochtend, lunch – besteld of
afgehaald, of bij een van de vele restaurantjes in de buurt, en daarna een
middagprogramma. Voor mij was dat een uur lezen en schrijven, voor de anderen
een hele middag. Daarna natuurlijk wel huiswerk voor de volgende dag.
De lunch was natuurlijk een gezellig moment, waarop lekker
in ons stuntelige Thai werd gekletst over van alles en nog wat, en weetjes over
het leven in Bangkok werden uitgewisseld. Dat heeft op zich natuurlijk wel iets vermakelijks:
buitenlanders die allemaal goed Engels spreken in gebroken Thai met elkaar te
zien converseren, maar het is een van de regels van de school: Thai spreken en
oefenen!
Samen met Nagano uit Japan vormde ik het “klasje” beginners.
Van 9 tot 10 een uurtje vrije conversatie, daarna tot de lunch de leerboeken op
tafel en samen met de docent aan het werk met woorden, zinspatronen en stukjes
tekst. De docenten wisselen af, maar al snel zijn ze allemaal langsgekomen, en
worden ze net zo vertrouwd als de leerlingen. Hard werken, maar erg gezellig
allemaal. En zo wordt het geleidelijk een beetje een kleine familie. En aan de
docenten houd ik nog wel wat meer blijvende contacten hier over.
Nagano gaat voor een Thaise dochteronderneming van een
Japanse bank werken, en studeert een vol jaar Thai, voordat het eigenlijke werk
begint. Een half jaar Nisa School, en daarna een half jaar aan de Chulalonkorn
Universiteit. Een enorme investering zoals veel Japanse bedrijven hier doen,
waardoor er een flinke groep Japanse expats hier in Bangkok is, die vloeiend
Thai spreekt. Omdat ik zelf af en toe in Japan heb gewerkt was het leuk dat we
daarover ook iets van een referentiekader hadden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten