Na zo’n twee maanden in Nederland is het heerlijk om weer in
Bangkok te zijn. Ook een goed moment mijn blog weer eens te hervatten. Ik moet
zeggen: de druilerige herfst in Amsterdam nodigde niet echt uit tot schrijven,
ondanks de lenteachtige temperaturen. Geef mij dan toch maar de 30 graden
die de thermometer hier overdag aangeeft. De herfst in Nederland was wel goed
voor het opruimen van mijn huis. Zo zijn er onder andere een kleine twintig
dozen met boeken het huis uit gegaan – allemaal prachtige literatuur, die ik
toch echt niet meer ging herlezen. Bovendien ben ik door al mijn gereis een
enthousiast gebruiker van het e-book geworden – dat geeft echt minder CO2
uitstoot. De opruimwoede is aan mijn boekenkasten nog niet te zien – alle planken zijn nog steeds vol – maar het begin is er, en er volgt
vast nog wel eens een rondje. Het past in mijn plan om de materiële ballast in
mijn leven verder te verminderen. Hier in Bangkok leer ik dat je ook met weinig
spullen om je heen toe kan. Het leven simpeler maken – een mooie uitdaging voor
2016.
Wat doe je zo na aankomst in deze grote stad? Natuurlijk ben
ik hier om weer verder te gaan met mijn Thaise taalstudie, maar de eerste week
is gelukkig nog vrij – pas maandag begint het serieuze leven weer. De eerste
dagen: acclimatiseren, je vrienden opzoeken, etentjes en snacken in de stad.
Vooral dat laatste is iets dat echt bij deze stad hoort, en dat in Amsterdam
niet echt mogelijk is. Streed food is hier een culinaire belevenis, vooral als
je naar China-town gaat. De hoofdstraat Yaowarat is eigenlijk een groot 2
kilometer lang walking dinner – en het is vreselijk leuk om met een aantal
vrienden van het begin naar het einde te wandelen, en geleidelijk je maaltijd
bij elkaar te snacken. Je moet af en toe ook terug, want de kraampjes staan uiteraard
niet op volgorde van een menukaart. Ieder kraampje heeft maar een paar
gerechten, maar in wat ze maken zijn ze dan ook onovertroffen. En voor het
volgende gerecht ga je weer naar een andere specialist. Soms eet je staand, bij
andere kun je zitten – maar je moet een beetje opschieten, want overal staan
mensen in de rij. Yaowarat is beroemd en geliefd bij de Culies van Bangkok.
Gestoomde varkenskrabbetjes, bijzondere paddestoelen, allerlei soorten vis en
schaaldieren, loempiaatjes en gefrituurde lekkernijen, en zoete nagerechten –
alles is er. De sfeer is ontspannen en gezellig, want iedereen is gekomen voor
hetzelfde – een beetje flaneren en lekkere hapjes bij elkaar scharrelen.
Wat me zo bij aankomst hier in Bangkok altijd onmiddellijk
weer opvalt, is hoe deze stad ondanks al zijn drukte toch een relaxte indruk
blijft maken, terwijl het relatief rustige Amsterdam onder de druk van al zijn
toeristen steeds nerveuzer lijkt te worden. Metro’s en Skytrains hier zijn
overvol, en toch vindt iedereen met een glimlach wel een plaatsje. En
natuurlijk ben ik nu nog een beetje in vakantiestemming, dus dan is alles leuk –
wie weet is het anders als ik maandag in de ochtendspits in de metro op weg
naar school sta. Want dat is de enige tegenvaller: mijn school is verhuisd, dus
de leuke ochtendwandeling van 10 minuten, waarover ik eerder eens een keer
schreef (1), behoort tot het verleden. Vanaf nu wordt het drie kwartier met de
metro en skytrain naar een ander deel van de stad. Het gaat steeds meer op echt
werk lijken. Wel, ook dat hoort bij deze grote stad – en daarvan hoop ik vanaf
nu weer regelmatig te berichten.
(1) Zie mijn blog van 17 januari 2015.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten